Klein Profijt, een griend voor de rustzoeker.
Tekst en foto’s Aart van Dragt
Het is mooie, wat winterse dag, als ik het Klein Profijt bezoek. Het is een relatief wat onbekende gebied, gelegen aan de Oude Maas tussen de Rhoonse en Carnisse grienden
Ik volg de oude bomendijken naar de Golfbaan De Oude Maas. Een bordje Klein Profijt wijst mij de weg en ik kan bij de Golfbaan parkeren. Als ik richting Rhoon en naar de Oude Maas loop dan kan het niet missen. Ook is het mogelijk het natuurgebied te bereiken door over het schelpenpad langs het prachtige krekengebied waarin de eendenkooi Klein Profijt is gelegen te gaan.
Als ik over de brug ben, die toegang geeft tot het gebied, zakken mijn laarzen al door de dunne korst bevroren modder. Een bord waarschuwt als u verrast wordt door hoog water op een droog stuk te wachten tot het zakt. Het gebied ligt buitendijks en staat onder invloed van eb en vloed. Het getij is hier bijna een meter. Het water stroomt voortdurend door de kreken heen en weer. Bij laag water vallen de slibberige kreken droog en pas dan valt op hoe hoog de oeverwal is.
Dan volg ik een prachtig knotwilgenlaantje dat mij bij de Oude Maas brengt. Aan de andere zijde van het pad toont een, sinds de jaren zestig, verwilderd wilgenbos. Het bos lijkt wel een Mikadospelletje. Veel bomen liggen over elkaar heen gevallen. De hoog opgeschoten wilgen zijn, omdat ze niet meer geknot worden, top zwaar geworden. De drassige bodem geeft ze weinig houvast en een flinke storm is voldoende geweest om ze te laten omvallen. Aan de richting te zien is de Noord-wester de meeste fataal geworden. De vrijgekomen ruimte wordt nog nauwelijks benut door andere boomsoorten. Slechts een enkele vlier en es zorgt voor variatie.
De omgevallen wilgen zijn taai en zijn in veel gevallen op de stam opnieuw uitgelopen. Even later ga ik over een glibberig bruggetje naar de oever van de Oude Maas en kijk naar het drukke scheepvaart verkeer op de rivier. Aan de overzijde is het huisje van de oude zalmvisserij Klein Profijt te zien. Daarin is nu het bezoekerscentrum van de Hoekse Waard Landschap gevestigd.
Dan hoor ik hoge pieptoontjes uit de boomtoppen achter mij. Met een kijker zie ik een enkele koolmezen en even later een groepje staartmezen. Wat een prachtige diertjes. Het prachtige kleurenpatroon doet denken aan een Japans schilderijtje. Even later zie ik een klein vogeltje als een kolibrie de wilgenknoppen inspecteren alvorens neer te strijken om er insecten, larven of eitjes op te pikken. Het is het goudhaantje. Een vogeltje dat je vaker tussen de naaldbomen aantreft en natuurlijk is het diertje niet alleen. Het lijkt wel of al die verschillende soorten vogeltjes al fluitend met elkaar contact houden en als een groep opereren, terwijl ze de takken en stammen van de wilgen af speuren op zoek naar iets eetbaars.
Als ik naar het vuurgoudhaantje kijk, komt opeens een boomkruiper het beeld binnen wandelen. Rustig loopt het vogeltje loodrecht tegen de stam omhoog al speurend en pikkend. Het muskleurige vogeltje heeft en kromme snavel en gebruikt zijn staart als extra steun. Als het vogeltje hoog genoeg is vliegt het naar de voet van de stam van een andere boom en begint zijn speurtocht opnieuw.
Na een tijdje vervolg is mijn weg. Bukkend en klauterend glibber ik over een dijkje, de bomen liggen hier en daar ook dwars over het pad. Aan de bosrand vliegt en roept een hongerige buizerd. De forse vogel draait een paar rondjes over een rietveld en gaat weer op de uitkijk zitten. Een ander donker exemplaar vliegt zonder gerucht langs de rivieroever alsof hij uit het zicht van de eerste wil blijven. De terugtocht loopt via een pad met prachtige oude bemoste knotwilgen waarvan er vele voorzien zijn van een machtige pruik eikvarens.
Aan het eind van het pad staan voor de afwisseling een rijtje knotessen. De takken van essen zijn buigzamer en werden vaak als gereedschapstelen gebruikt. Aan de weinige littekens die de eindknop aan de gladde tak heeft gemaakt is te zien dat de takken meer dan een meter per jaar groeien. Als ik het laatste stukje over het pad terug modder bemerk ik dat laarzen ook een nadeel hebben. Koude voeten, dus snel op naar de warmte.