Jaarverslag van de Plantenwerkgroep

Het jaar 2017 was een druk  jaar voor de plantenwerkgroep:

2017 begon met een mager bezocht eindejaarsplantenjacht in de Gorzen: we waren slechts met 2 mensen en hebben ook maar 2 bloeiende plantjes gevonden. Maar het kan erger: begin 2018 naar het griend; nu met meer mensen, maar slechts één bloeiend plantje gezien: een straatgras. Afgezien van 1 hazelaar, 1 wilg, 2 varens met sporen en een oude engelwortel. Gelukkig konden we het uur volmaken met de kale wegbermen in de buurt, goed voor 8 bloeiende plantjes. Dus in totaal 14 soorten. Het landelijk gemiddelde blijkt op 14,9 soorten per telling te liggen. Dus eigenlijk valt het totaal nogal mee. Voorafgaand aan deze plantenjacht had ik in mijn eentje nog een jacht gehouden (ik had me in de tijd vergist, was een uur te vroeg) langs andere kale wegbermen en dat leverde een score op van 6 bloeiende plantjes. Dus ver onder het landelijk gemiddelde.

Omdat we in 2016 in het najaar naar de Stormpoldervloedbos waren geweest, wilden we het nu in het voorjaar bekijken. Er waren minder planten dan in 2016 en minder dan we hadden verwacht, maar het blijft een mooi gebiedje. Opvallend was dat we overal jonge plantjes zagen van de reuzebalsemien, ook op de paden. Als daar niets aan is gedaan, dan moet het bos in de zomer/herfst onbegaanbaar geweest zijn. Er staan meerdere soorten wilgen: een uitdaging voor Edith.

Het Holypark in Vlaardingen: een walhalla voor plantenliefhebbers. 152 soorten planten, waaronder zeer bijzondere. Eigenlijk is het een soort heemtuin. Vele planten zijn er niet van nature gekomen. Dat was ook een reden voor waarneming.nl om al onze waarnemingen niet te accepteren. We hebben ze dus allemaal moeten schrappen van waarneming.nl . Dat was een teleurstelling en zonde van de tijd die we aan de vermeldingen besteed hadden.

Naar het Quackjeswater gingen we samen met de Paddenstoelenwerkgroep. Het was maar goed dat we met een aparte auto voor de plantjes en een aparte auto voor de paddenstoelen waren. Toen de plantenmensen na 5 uur schuifelen met de neus op de grond eindelijk in de auto stapten, zaten de paddenstoelenmensen alweer bijna thuis in Ridderkerk. Ze hadden “ook nog even de Tenellaplas gedaan”. Hoogtepunten voor de plantenmensen waren de drienervige zegge, de duinreigersbek en de duinvogelmuur, de kleine valeriaan, kruipend zenegroen, kandelaartje en een viooltje, waarvan we nog niet weten of het een hondsviooltje of een bleeksporig bosviooltje is. We hadden ter plekke al onze boeken bij ons moeten hebben om dat goed uit te kunnen zoeken. Een heerlijke lange dag.

Op 7 mei startte ons project Crezéepolder. Dit jaar doen we een zogenaamde nulmeting. Dat wil zeggen dat we de gegevens van dit jaar gaan vergelijken met de gegevens van de toekomende jaren. Maar ook willen we een totaal overzicht krijgen van alle planten die hier voorkomen. We zijn dit jaar 4x geweest, telkens naar een ander punt. In 2018 doen we dit weer en zeer vermoedelijk daarna ook nog 1 of 2 jaren en dan weer een tijdje niet.

Het Gorzengriend hebben we in 2017 maar weer eens in ons programma opgenomen. Dit was een grote teleurstelling. De diversiteit is erg afgenomen en de spindotters ook. Akkers waar vroeger volop mannelijke groot hoefblad stond, laten nu alleen fluitenkruid zien. Ook mooi, maar toch jammer van het hoefblad. Andere akkers waren overwoekerd met bramen en brandnetels. Veel bijzondere planten, vooral langs de Noord, zijn nu verdwenen doordat de paden heel breed gemaaid worden, veel te breed naar onze zin.

De Landtong Rozenburg viel ons een beetje tegen, terwijl het nu toch het hoogseizoen is wat de planten betreft (mei en juni). Er waren wel veel vogels en vlinders. Als recreatiegebied wel geschikt: we hadden op deze doordeweekse dag niet veel last van drukte en ook niet van stank van de industrie.

Christa had voor elkaar gekregen dat ons uitje naar De Bruuk bij Groesbeek geleid werd door Prof. Jan Roelofs van de Radboud Universiteit Nijmegen. Een bijzonder mooi gebied met grote ratelaar, hengel, orchideeën, ringelwikke, wateraardbei enz. enz. Allemaal gewoon langs het pad. En Jan vertelde ons o.a. hoe men tegenwoordig binnen 2 jaar landbouwgrond kan omzetten in blauw grasland, dat waterviolier duidt op ijzerarme kwel en duizendknoopfonteinkruid op ijzerrijke kwel. We hebben ze beide gezien. We kregen te horen over fosfaten, sulfieten, sulfaten, nitrieten, nitraten en pyriet in de bodem, hoe die stoffen met elkaar reageren en wat microben met deze stoffen en planten doen. (Dit ging ons soms wel een beetje boven de pet.) We weten nu ook waarom zomereiken in het hele land aan het afsterven zijn. Wat hebben we deze dag veel geleerd en gezien en wat zijn we Christa en Jan dankbaar.

In het Waalbos waren alleen Christa en ondergetekende aanwezig. Niet alleen voor de planten – we hebben meer dan 100 soorten gezien – is dit een interessant gebied, ook voor vogels en libelles. Omdat er veel zaailingen tussen de planten zitten, biedt de tenaamstelling nogal eens wat problemen. We zijn niet overal uit gekomen. De afwezigen hebben wel wat gemist !

Naar de Kwade Hoek kon ik niet mee, de leden van de plantenwerkgroep zijn een week later met de insektenwerkgroep meegegaan.

Stadsnatuur in Barendrecht. Het is toch altijd weer opvallend dat je in de bebouwde en bewoonde kom zoveel leuke planten kunt vinden. In dit geval bij het station in de buurt, vooral ook op braakliggend terrein: maar liefst 72 soorten.

We hebben het seizoen afgesloten met een hele fijne dag, met prachtig weer dolend op de Kalmthoutse Heide met  borrel toe (zonder alcohol) onder de bomen. Wat de hoeveelheid planten betreft viel het in principe een beetje tegen, maar de klokjesgentiaan, veenpluis, schermhavikskruid en de kleine zonnedauw maakten onze dag tot een topdag, voor zover het dat niet al was. Voor de vogelaars waren er de slangenarend en roodborsttapuit, voor de vlinderaars de grote keizerlibel, koraaljuffer, zwarte heidelibel, oranje zandoogjes, bloedrode heidelibel, heivlinder, citroenvlinder, gewone oeverlibel en watersnuffel.

Last but not least: elke maand, behalve januari, waren we present op het inloopspreekuur in het NME. Meestal een volle bak en erg gezellig. Doen we samen met de paddenstoelenwerkgroep.

Kortom een rijk en vol jaar met veel hoogtepunten, waarin we veel gedaan en gezien hebben.

Reiny