Venus wordt nog beter zichtbaar. Bijna meteen na zonsondergang in het W. De planeet komt langzamerhand steeds hoger aan de lucht te staan.
Mars is nog prachtig te zien, hoog aan de hemel als een oranje ster. Aan het begin van de avond hoog in het ZW. Wel neemt zijn helderheid verder af vanwege de toenemende afstand tot de aarde.
Jupiter blijft ook prachtig te zien, wel steeds korter. Vanaf half maart staat de planeet te dicht bij de zon en is hij een paar maanden niet te zien.
Saturnus is niet meer te zien. Op 16 februari was hij in konjunktie met de zon. Hij wordt daarna van avondster morgenster. Maar ’s morgens is het in het voorjaar ongunstig en daarom duurt het nog lange tijd voor hij weer te zien is.
Op 21 februari en de dagen daarna zien we in het ZW prachtige samenstanden van de maan, Venus en Jupiter. Die avond is de maan misschien al heel laag boven de horizon te vinden. De volgende dag staat de smalle sikkel van de maan tussen Venus en Jupiter. Op diezelfde 21e februari staan de Jupitermanen Io en Ganymedes op slechts 13” van elkaar. Dit is de nauwste samenstand dit jaar tussen de maantjes (kijkertje gebruiken).
Op 1 maart staan Venus en Jupiter het dichtst bij elkaar. Nog iets leuks op 1 maart: op de grens van licht en donker op de maan zien we die avond vrij dicht aan de onderkant een krater die een dubbele schaduw werpt die op 2 horens lijkt. Vanaf 21 uur beginnen de horens zich te vormen, om 22 uur zijn ze goed ontwikkeld en rond middernacht zijn ze al weer bijna verdwenen.
Op 2 maart zien we aan de bovenkant van die schaduwgrens het ‘Handvat’ of ‘Oortje’: het zijn de bergtoppen van het Juragebergte die al door de zon verlicht worden terwijl het beneden in de laagvlakte nog nacht is.
Op 20 maart begint dit jaar de lente en wel precies om 22.24 uur als de zon de evenaar passeert (wordt vervolgd).
Hans Blok