Riet van de Water
De bekendste paddenstoel is ongetwijfeld, de vliegenzwam. Iedereen herinnert zich kabouter Prikkebeen , die zat op een paddestoel met rood en witte stippen. Dus een vliegenzwam. Of er een berk bij stond vermeld het liedje niet. Maar een vliegenzwam (Amantina muscari) is min of meer verbonden aan een berk (soms ook wel eens aan een eik of een den, maar dat komt niet zoveel voor). De berk groeit het beste op zure humeuze grond en heel toevallig houdt de vliegenzwam daar ook van. Onder de grond zijn de schimmeldraden van de paddenstoel vergroeid met de haarvaten van de boom. Niet slechts voor de gezelligheid, maar ook hier gaat de liefde door de maag. De paddenstoel levert vitamientjes in ruil voor suikers die door de boomwortels stromen. Zo hebben veel paddenstoelen hun eigen specifieke groeiplaats, waar iets te halen valt wat ze zelf niet kunnen opnemen.
Op en bij de berk kunnen we nog meer paddenstoelen vinden, b.v. de berkenzwam. Dit is een gaatjeszwam, die alleen voorkomt op zieke- of dode berken. De schimmeldraden dringen binnen via verwondingen en daarna gaat het snel berg afwaarts met de boom. Als de boom eenmaal dood is, gaat de berkenzwam gewoon door met de afbraak tot al het dode hout is vergaan. Het is dus goed dat er paddenstoelen bestaan, anders bleven we met al dat dode hout zitten. Nog belangrijker is dat het organische materiaal wordt teruggegeven aan de bodem, zodat deze niet uitgeput raakt. De schimmels en zwammen zorgen er voor dat de ruwe humus wordt omgezet tot fijne bosgrond. Om in stand te blijven hebben paddenstoelen sporen, die heel gemakkelijk door de wind met of zonder hulp van insecten worden verspreid.
Er bestaan diverse typen paddenstoelen, maar twee groepen daarvan zijn wel de belangrijkste n.l. de plaatjes- en de buisjeszwammen. Bij de plaatjeszwammen lopen er vanaf de steel naar de hoedrand plaatjes als spaken van een wiel, met daar tussenin miljoenen sporen ( dit is goed te zien door een spiegeltje onder de paddenstoel te houden). Bij de buisjeszwammen is dit gedeelte als een kussen vol gaatjes die vol komen met sporen. Nu begrijpen we ook waarom de paddenstoel bovengronds komt, want eigenlijk leeft hij onder de grond. De paddenstoel is als een bloem die zaad moet verspreiden.
De berkenboleet (leccinum scabrum) zorgt er voor dat in droge heidevelden de berk kan opgroeien omdat ze de berk ongevoelig maakt voor de groeistorende schimmelpartner van de struikheide. Verder vinden we in de buurt van berken b.v. de groene berkenrussela, de berkenridderzwam en diverse algemene melkzwammen. De heksenbezem wordt veroorzaakt door een schimmel die veel op berken parasiteert. Deze schimmel prikkelt slapende knoppen om te gaan uitlopen, zodat er een op een bezem gelijkend samenstel van korte takjes groeit. Dit verschijnsel is verder niet schadelijk voor de boom. Verder wil ik nog pleiten om paddenstoelen te laten staan, zodat sporen de kans krijgen om nieuwe gebieden te veroveren.