Ard Schaap
Als eigenaar van een hond kom ik elke dag meerdere keren buiten. Ik heb een aantal vaste routes die ik zo in de week loop. Meestal is het weer de reden of ik wat verder loop of niet.
Wat me opviel tijdens wat routes die ik liep waren de hoeveelheid molshopen die er nu zijn. Waarschijnlijk komt het ook door mijn hond die elke molshoop een aanleiding vindt om haar geur te verspreiden maar toch het verschil met een andere periode in het jaar is wel opvallend.
De mol is een zoogdier die onder de grond leeft. (Het liefste is een mol alleen behalve tijdens de paartijd) Na de geboorte zorgt het vrouwtje voor de mol en is het mannetje niet meer aanwezig. Verder blijken mollen een bijzondere eigenschap te hebben want hun haren groeien niet in een bepaalde richting. (Als u een dier heeft met een harige vacht weet u dat het aaien altijd het prettigste is van kop naar staart maar de mol heeft dit dus niet)
Maar de mol graaft dus gangen onder de grond. Hierbij moet de grond die hij verplaatst een kant op en wordt dus naar boven gewerkt en zo ontstaan de molshopen. In het gangenstelsel loopt de mol dus heen en weer en eet de kleine dieren die hij tegenkomt op.
Maar hoe komt het nu dat er nu weer zoveel meer molshopen zijn? Omdat er nieuwe gangen worden gegraven. Dat kan door de vorst komen in de grond, door het stijgende grondwater. In ieder geval lijkt het alsof er een grote hoeveelheid mollen ergens zitten als je de molshopen ziet. Maar dat is niet waar. De hoeveelheid molshopen wijst niet op het aantal mollen. De mol leeft namelijk alleen in zijn territorium en komt zelden een soortgenoot tegen.
En om met een leuk grapje af te sluiten: Ik las ooit in een stripboek dat men een mol had gevangen en men wilde van het dier af. De oplossing die men uiteindelijk koos was om het dier levend te begraven want dan had men er geen last meer van.